- 27 juni 2023
- Door dr. Alexis Daveloose
- | Bron: Foodprocess
Toestemming om kweekvlees te verkopen in de VS
Grote doorbraak, maar blijvende uitdagingen
Na Singapore in 2020 is het nu ook in de VS toegestaan om kweekvlees te verkopen. Het Amerikaans Ministerie van Landbouw heeft de Californische bedrijven Upside Foods en Good Meat namelijk toestemming gegeven om gekweekt kippenvlees op de markt te brengen.
Geleidelijke uitrol
Good Meat is al sinds 2020 actief in Singapore en verkoopt daar schnitzels, nuggets en satés gemaakt van gekweekte kippencellen. Nu plant het bedrijf om diezelfde producten ook in de VS aan de man te brengen. Good Meat noemt hierbij geen specifieke productiedoelen, terwijl Upside Foods stelt te willen starten met een productie van 25.000 kilo per jaar om later uit te breiden naar 200.000 kilo.
Concreet zal het kweekvlees op de Amerikaanse markt geïntroduceerd worden in twee exclusieve restaurants. Het gaat dus zeker niet om een algemene uitrol, maar om een vrij beperkt initiatief. Verwacht wordt dat het nog ettelijke jaren kan duren voordat de kweekvleesproducten bij meer restaurants op de kaart komen te staan en daadwerkelijk in de schappen van de supermarkt liggen.
Versnelde productie
Vorige maand bleek al dat het Nederlandse bedrijf Meatable erin geslaagd is om het productieproces van kweekvlees aanzienlijk in te korten. Het duurt nu slechts acht dagen om van een cel een volwaardige worst te maken. Dit komt neer op een productietijd die minder dan 5% bedraagt van de benodigde tijd om "gewoon" varkensvlees te kweken.
Een korter productieproces vertaalt zich in lagere kosten, en laat de hoge kostprijs van kweekvlees nu de voornaamste uitdaging zijn in deze sector. Meatable begon daarom in 2018 niet alleen met de ontwikkeling van kweekvlees, maar vooral ook met het ontwerpen van een efficiënter proces, dat bovendien opschaalbaar is én een kwalitatief product oplevert. Nu lijken ze in hun opzet geslaagd te zijn. Deze doorbraak is dan ook een belangrijke mijlpaal.
Concreet gebruikt het team van Meatable een paar dierlijke cellen. Ze isoleren pluripotente stamcellen, omdat deze zich snel blijven vermenigvuldigen, met een verdubbelingstijd van 24 uur. Om deze stamcellen te veranderen in meer gespecialiseerde cellen, zoals spieren of vet, gebruikt Meatable een gepatenteerde opti-ox-technologie. Hiermee kan het team in enkele dagen spier- en vetcellen produceren die volledig gedifferentieerd zijn.
Daarnaast gebruikt het team een perfusieproces, dat het mogelijk maakt om in een continue cyclus te werken en hoge celdichtheden te genereren. Meatable heeft inmiddels een dichtheid van 80 miljoen cellen per milliliter bereikt en verwacht dit nog verder te kunnen opvoeren. Dit betekent dat het team continu vlees uit de reactoren kan oogsten.
Cruciaal om de efficiëntie van de output te weten is uiteraard het beschouwen van de input. De bioreactoren vereisen immers voedingsstoffen om de cellen te voeden en zo het proces gaande te houden. Ook hier heeft Meatable vooruitgang gemaakt, door op te schalen naar bioreactoren van 50 m3. Samen met andere innovaties zijn de kosten voor deze voedingsstoffen maar liefst met een factor honderd gedaald.
Blijvende uitdagingen
Heel wat reden tot enthousiasme dus, maar er steken ook kritische stemmen de kop op. Zo stellen onderzoekers van de Universiteit van Californië dat de productie van kweekvlees een grotere ecologische voetafdruk heeft dan normaal vlees. Op vlak van CO2-uitstoot scoort kweekvlees maar liefst 4 tot 25 keer slechter dan "gewoon" rundvlees.
Dit doet vragen rijzen bij de idee dat kweekvlees een duurzaam alternatief is. Het is inderdaad zo dat er slechts een paar diercellen nodig zijn voor deze productie, wat dan weer betekent dat men veel minder vee nodig heeft. Wanneer we dus enkel naar de uitstoot in verband met het gehouden vee kijken, dan is kweekvlees een pak ecologischer. Andere genoemde voordelen zijn dierenwelzijn, en minder verbruik van land, voer, water en antibiotica.
Het eerder vermelde onderzoek kijkt echter naar het volledige productieproces, dat veel energie vraagt. Voor het voeden van de dierlijke cellen is voedingsvloeistof nodig die bestaat uit suikers, groeifactoren, zouten, aminozuren en vitaminen. Elk van deze stoffen vraagt veel energie om te bekomen. Bovendien moeten ze van farmaceutische kwaliteit zijn, omdat anders het kweekproces mislukt. Om deze kwaliteit te verkrijgen moeten de verschillende stoffen gezuiverd worden. Ook dit vraagt erg veel energie.
De onderzoekers berekenden op basis van deze gegevens de CO2-voetafdruk. Voor kweekvlees is deze 4 tot 25 keer groter dan rundvlees, 100 tot 750 keer groter dan kip en 55 tot 335 keer groter dan varkensvlees. Volgens de onderzoekers is dit de minimale milieubelasting, zonder mogelijke productieverliezen, opslag, transport en andere milieueffecten in rekening te brengen. Deze zouden de voetafdruk nog kunnen verhogen.
De studie concludeert dan ook dat commerciële productie niet mogelijk is met de huidige technieken. Innovaties zoals die van Meatable zijn daarom cruciaal om het concept van kweekvlees levend te houden. Sowieso is verder onderzoek vereist om na te gaan wat de voornaamste problemen en opportuniteiten zijn.
Het Californische onderzoek moet nog eerst door peerreview geraken alvorens effectief gepubliceerd te worden. De resultaten van deze studie zijn dus nog niet bevestigd en moeten voorlopig met enig scepticisme beschouwd worden.