- 03 december 2025
- Door Belga
- | Bron: Foodprocess
Omzet voedingsindustrie steeg in eerste helft 2025

De federatie van de voedingsindustrie Fevia ziet in de eerste helft van 2025 een voorzichtig herstel van de Belgische voedingssector, na een pover 2024. De omzet ligt 5,4 procent hoger dan tijdens de eerste zes maanden van vorig jaar. "Dat is voor de helft een volume-effect, voor de helft een prijseffect", ziet economisch adviseur bij Fevia Carole Dembour. Met andere woorden verdient de sector meer geld omdat er deels meer geproduceerd en verkocht wordt, en deels omdat de producten duurder zijn geworden.
Minder jobcreatie dan voor corona
Ook op het vlak van jobcreatie gaat het goed in de voedingsindustrie. Ze creëert nog banen, weliswaar minder dan voor de coronacrisis. Toen ging het jaarlijks om zowat 1500 jobs. In 2024 ging het om 440 en dit jaar zouden het er 330 zijn. "Ook de investeringen stijgen nog, maar die focussen zich nu op efficiëntie en een daling van de kosten", licht Dembour toe.
Om de sector verder te ondersteunen, vraagt Fevia onder andere "een duidelijk en voorspelbaar regelgevend kader, dat bovendien coherent is", zegt de kersverse CEO Wurman. "Zonder zo'n kader vinden minder investeringen plaats."
Verder pleit de CEO onder meer voor een verlaging van de loonkosten. Ze vraagt ook een lagere energiehandicap met de buurlanden en een vermindering van de administratieve lasten. Het recente akkoord van de federale regering over een meerjarenbegroting is al een eerste stap in de goede richting, al blijven er nog veel vraagtekens, klinkt het.
Nederland duwt België uit onze winkelkar
Het aandeel van producten uit België in de uitgaven aan voeding en drank van huishoudens is in 2023 gezakt tot 62,3 procent. In 2010 lag dat aandeel nog bijna 5 procentpunten hoger, blijkt uit cijfers van Fevia. Vooral Nederlandse producten kenden in de periode tussen 2010 en 2023 een grote stijging, met een verdubbeling tot 16 procent. "Dat lijkt vooral te maken te hebben met de opmars van Nederlandse retailers - denk aan Albert Heijn en Jumbo - in Vlaanderen", zegt Aurélie Gerth, communicatieverantwoordelijke bij Fevia.
De Nederlandse supermarktketens bevoorraden hun Belgische winkels vanuit Nederland, maar ook vanuit België zelf. "Via het Nederlands moederbedrijf kopen ze Belgische producten aan, die worden nadien verkocht als Nederlandse producten op de Belgische markt", zegt Gerth.
Belgische voedingsbedrijven krijgen volgens economisch adviseur Dembour vooral wat huismerken betreft maar moeilijk hun voet tussen de deur van de markt. Daarbovenop is er ook het fenomeen van grensaankopen: Belgen aan de grens met Frankrijk gaan vaak bij onze Franse buren winkelen.
Kwaliteit en veiligheid
De druk op Belgische voedingsbedrijven ligt op de eigen markt hoger dan in het buitenland, zegt Dembour. Onder meer de administratieve lasten zouden te hoog liggen. Uitvoer is goed voor zowat de helft van de omzet van de Belgische voedingssector, dat is in ieder geval positief volgens Fevia.
"Maar het zou goed zijn als Belgische voedingsbedrijven ook in eigen land goed scoren", voegt Gerth toe. "Dat zou positief zijn voor jobcreatie en voor onze economie in het algemeen."
"Belgische merken staan in het buitenland vaak voor kwaliteit en veiligheid. En bedrijven zetten daarbij echt in op nicheproducten, met veel toegevoegde waarde, en niet zoals vroeger op volume", zegt de Dembour nog. Fevia-CEO Ann Wurman voegt daaraan toe dat op kwaliteitsproducten ook meer rek op de prijzen zit.
Ook internationaal is er sprake van toegenomen concurrentie. Vooral Azië, Latijns-Amerika en Oost-Europa zien hun aandeel in de wereldexport de laatste jaren stijgen, terwijl dat van West- en Noord-Europa wegdeemstert.
Bron: Belga