Het zelfbouwhuis - aflevering 48

Pleisterwerken en afwerking van de buitengevel - Ep. 48 - Met de muren geïsoleerd en de naden luchtdicht afgewerkt, kunnen we overgaan naar een stap die de binnenkant van onze woning enorm veel zal veranderen: het pleisterwerk. Eens dit gebeurd is, en terwijl we het laten drogen, werken we de buitengevel af. We voorzien het houten latwerk en de glazen balustrade, die het plaatje compleet maken.

Transciptie 

In de vorige aflevering pakten we een aantal kleinere klussen aan.

We installeerden de dakdoorvoeren voor onze ventilatie, lieten de zekeringkast aansluiten en plaatsten de sanitaire inbouwdozen.


In deze aflevering zetten we de eerste stappen richting de afwerking van onze woning. We pleisteren alle muren en ook het latwerk aan de buitengevel en de glazen balustrade worden voorzien.
We laten deze belangrijke werken door vakmensen uitvoeren. Toch kunnen we zo’n 8 uur meewerken met de voorbereidingen van het pleisterwerk. Op die manier kunnen we alsnog 320 euro besparen.


Met de muren geïsoleerd en de naden luchtdicht afgewerkt, kunnen we overgaan naar een stap die de binnenkant van onze woning enorm veel zal veranderen: het pleisterwerk.
Voor je van start gaat, is het belangrijk om hier goed over na te denken. Dit in functie van bijvoorbeeld latere binnendeuren of plafondafwerking…

Het kan zeker geen kwaad om met de architect alle details te overlopen.
We moeten nu eerst nog een aantal voorbereidingen treffen vooraleer er kan overgegaan worden tot het pleisteren zelf.
Beginnen doen we met het prepareren van de ondergrond. Die kan namelijk te zuigend zijn, waardoor je pleisterwerk niet goed zal hechten.

We testen of een primer nodig is, door wat water tegen de muur te spatten.
Wanneer het water niet de tijd heeft om tot beneden te lopen en dus snel door de ondergrond geabsorbeerd wordt, is die te zuigend en moet je primeren, wat in ons geval nodig is.
Daarvoor gaan we de muur eerst ontstoffen met een borstel, zodat we vanaf een proper oppervlak kunnen starten.
Dan kunnen we de primer gaan aanbrengen.

Dit doen we simpelweg met een verfrol op een telescopische steel.
De soort ondergrond bepaalt welke primer en in welke verhouding je die moet aanbrengen.

Op de verpakking kan je terugvinden hoeveel je die eventueel moet aanlengen met water.
Op betonsloffen is bijvoorbeeld een ander type primer nodig, te herkennen aan de andere kleur.
Onder de waterkering moet je trouwens niet primeren, aangezien er daar toch niet gepleisterd wordt.
Terwijl dit droogt, steken we propjes papier in onze inbouwdozen.

Zo kunnen we die gemakkelijker terugvinden en pleisteren we ze niet dicht.

In principe kun je het potje ook openlaten, maar het is veel moeilijker om errond te werken.

Wij pleisteren dus gewoon erover en halen de prop er dan later terug uit.
Nu volgt een heel belangrijke stap, namelijk het uitzetten van de hoekprofielen.

Het is heel belangrijk dat je dit zorgvuldig doet, want dit bepaalt grotendeels de rechtheid van je muren.
Lijn de muren eerst uit volgens je plan! Een smetkoord is hierbij zeker handig.

Wanneer meerdere muren op één lijn moeten staan, kun je dit gebruiken als referentie.

Deze hoekstukken worden enkel op buitenhoeken geplaatst en helpen ze mooi strak te kunnen bepleisteren.
De hoekprofielen plaats je nu op je muren met een aantal klodders pleister.

Een 4-tal bevestigingspunten zijn voldoende, want de profielen zijn op zich sterk genoeg om de tussenliggende afstand te overbruggen.
We duwen ons profiel dan vast in het pleister en controleren heel goed met de waterpas in verschillende richtingen.

Deze hoekprofielen zijn als het ware geleiders die onze muur afbakenen en moeten met andere woorden perfect recht staan!
Het overtollige gips wrijf je voorzichtig glad, zodat je de positie van je profiel niet aantast.
Je hoeft deze stukjes gips niet op te kammen. Door hun kleine oppervlakte zullen ze de hechting met de bovenliggende laag niet beïnvloeden.
Wat wel specifieke afwerking vraagt, en ook onze laatste voorbereidende stap is, is de overgang tussen verschillende ondergronden.
In onze wanden zitten bijvoorbeeld betonsloffen verwerkt, of hebben we nog stukken oude muur van de oorspronkelijke woning.

Omdat deze overgangen tussen verschillende materialen scheuren zouden kunnen veroorzaken in ons pleisterwerk, moeten we die eerst wapenen.
Op die overgangsstukken gaan we daarom glasvezelweefsel inpleisteren ter versteviging.
Nadat we een stuk op maat afgesneden hebben en een laag pleister aangebracht, duwen we het net mooi in het gips.

Met de pleisterspaan wrijven we er nu nog over, zodat die helemaal bedekt is.
Beslis je eerst alle wapeningsnetten te plaatsen voor je begint met de grote pleisterwerken, dan moet je die als afwerking nog horizontaal opkammen.
Zo is je ondergrond opgeruwd en krijg je een goeie hechting met je pleisterlaag, zonder dat je er nog een extra primer op moet aanbrengen.
Wanneer je dit net direct overpleistert, en dus nat in nat werkt, is dit niet nodig. Dan heb je nog voldoende binding.
Eens de primer, hoekprofielen en glasvezelweefsels geplaatst zijn, kan er aan het grote werk begonnen worden.
Een gespecialiseerd plaatser heeft een spuitmachine die het gips automatisch mengt met water.

Doe je alles zelf, dan moet je het gips handmatig kuip per kuip aanmaken, een serieus tijdrovend werk dus!
De eerste fase is het aanbrengen van een laag pleister op de muur.

Op het gelijkvloers moet je ervoor zorgen dat deze laag niet onder de waterkering gaat! Want dit zou vocht kunnen opzuigen en later problemen veroorzaken…
Het gips dat we hier gebruiken is één met een fijnere korrel, doordat het met een spuitmachine wordt aangebracht.

Informeer bij jouw leverancier welk type voor je woning het meest aangewezen is. Werk je met een vakman, dan weet die uiteraard zelf welke variant hij moet gebruiken.
Is je volledige wand bedekt, dan moet je een eerste keer gaan afreien.
Met een afreilat strijk je met andere woorden je laag gladder.

Hiermee trek je het gips goed en vul je de laag ook gelijkmatiger op.
Het pleister dat je overhoudt op je lat verzamel je dan in een kuip. Of je kan het meteen ook gebruiken om te dunne stukken bij te vullen, zodat je laag uiteindelijk een vlakker geheel wordt.
Dit afreien en bijvullen doe je in verschillende stappen, want het is niet mogelijk om alles in één keer effen te trekken.

Ga hierbij zowel in de horizontale als de verticale richting te werk.

Het is wel belangrijk om nu al grondig en zorgvuldig te werk te gaan, zodat je op een degelijke basislaag kan verderwerken.
Een ervaren stukadoor doet het afreien zonder hulpmiddelen, op gevoel.

Wanneer je deze beweging echter niet gewoon bent als doe-het-zelver, is het moeilijk om zo tot een rechte muur te komen.

Dan is het aangewezen om gipsgeleiders op je muur te installeren, waarlangs je kan afstrijken.
In deze fase halen we ook al onze propjes papier uit de inbouwdozen. Want het gips is nu aangebracht, en zo riskeren we niet te vergeten waar de potjes zitten.
Wanneer je zo alle oneffenheden en kleine putjes opgevuld hebt, is het nodig om even te wachten en het pleister wat te laten drogen.
Na dit ‘afbinden’ kleeft het pleister nog lichtjes maar is het voldoende hard om tot de volgende stap over te gaan: het spaken.
Je ziet dat er nu kleine gaatjes en blaasjes in het pleisterwerk zitten. Deze gaan we wegwerken met een spaakmes.

Dit is veel kleiner dan een afreilat, wat je toelaat om fijner mee af te werken.
Bij het spaken gaan we terug over het volledige oppervlak.
Door te wrijven, komt er nog een beetje pleister mee, waarmee je alle gaatjes dicht.

Op die manier zet je een stap verder richting een gladde muur.
Als we de hele wand gespaakt hebben, gaan we sponsen. Daarvoor maken we alles eerst goed nat.
Met een schuurspons maken we nu circulaire bewegingen op het vochtige pleisterwerk.
Hiermee maak je de toplaag terug zachter, zodat je die verder en fijner kan afwerken.

Wacht niet te lang na het spaken om dit te doen, zodat het pleisterwerk nog niet té hard geworden is.
De crème die door het sponsen vrijkomt, bevat nu geen korrels meer en is ideaal om de laatste gaten nog op te vullen.
We moeten wel eerst wachten tot de muur terug mat wordt – en dus niet meer blinkt – voor we kunnen polieren.

Het water is dan terug in de muur getrokken, waardoor er enkel nog een roomachtige pasta overblijft.
Met een poliermes wrijven we dit nu open op de muur, waardoor je op die manier de laatste gaatjes en putjes dichtsmeert.
Wanneer de muur ten slotte een beetje verder gedroogd is, kun je nog eens napolieren.

Daarbij maak je de muur lichtjes nat en ga je een laatste keer met je poliermes over de volledige oppervlakte.
Deze laatste stappen lijken overbodig, maar zijn wel een must wil je een strakke gepleisterde muur bekomen.
Op die manier ga je nu te werk bij alle muren die moeten gestuukt worden.
Het spreekt voor zich dat pleisteren een monnikenwerk is dat heel wat tijd in beslag neemt en best wel moeilijk is.

Het is dus zeker geen schande om dit door een vakman te laten doen. Want iedereen wil een huis met mooi rechte muren!

Er bestaan trouwens heel wat websites waar je op zoek kan gaan naar een geschikte stukadoor!
Het is beter om je pleisterwerk nu even te laten drogen voor je binnen verdergaat. Zorg voor voldoende ventilatie en plaats indien nodig een bouwdroger.
Ondertussen kunnen wij buiten de gevel verder afwerken. Want op sommige plaatsen moet nog een houten latwerk komen. Dit geeft een strakke en eigentijdse look aan de woning.
Op deze stukken op de tweede verdieping werd al PIR-isolatie geplaatst tegen de muur. Maar deze isolatielaag moet natuurlijk nog waterdicht afgewerkt worden.
De latten zullen ervoor zorgen dat er weinig vocht – tenzij slagregen – aan de achterliggende muur en isolatie kan. Maar toch is het nodig om extra bescherming te voorzien.
Voor ze met de montage van het latwerk beginnen, installeren de schrijnwerkers daarom eerst een doek op de isolatie.

Deze wandfolie is dampopen, UV-bestendig en waterdicht, wat zorgt voor een ideale bescherming van onze isolatie bij deze gevelconstructie met open voegen.
Doordat de rol niet breed genoeg is, moet in twee stroken gewerkt worden. Deze worden horizontaal geplaatst.

Ze beginnen met de onderste rij. Zo kan de strook erboven die overlappen en kan het vocht niet onder je doek lopen.
De geïntegreerde kleefstrook zorgt ervoor dat beide banen op elkaar kunnen bevestigd worden.

Zorg voor voldoende overlap, zodat dit zeker geen zwak punt wordt.
We kiezen bovendien voor een zwart doek. Dit zal zorgen voor een mooiere afwerking achter de latjes en is dus zowel praktisch als esthetisch de beste keuze.
De folie wordt voorlopig aan de zijkanten vastgeklemd met een aantal latten, maar zal definitief gefixeerd worden eens het latwerk ter plaatse zit.
Deze latten werden op maat gemaakt en moeten tussen onze Z-profielen gemonteerd worden.

Langsboven zijn uitsparingen voorzien waardoor de latten kunnen vastgeschroefd worden.

Maar langs onder moeten ze over geïntegreerde vinnen passen.
Om dit te doen lukken, werden gleuven aan de achter- en onderzijde in het hout gefreesd. Op die manier kunnen ze over de vin geschoven worden, zonder dat deze nog zichtbaar zal zijn. Een onzichtbare bevestiging dus.
Nu is het een kwestie van de latten tussen de profielen te passen.

Doordat die met een behulp van een schietlood boven elkaar werden gehangen, zitten de bevestigingsgaten en de vinnen perfect loodrecht boven elkaar.
Toch is het nodig om bij elk latje te controleren of het loodrecht staat voor het definitief vastgemaakt wordt. Zo krijg je een perfect evenwijdig geheel.
De uitsparing aan de onderkant wordt eerst gevuld met een aangepaste heavy duty montagelijm voor de lat over de vin wordt geschoven.
Aan de bovenkant schroeven ze gewoon door de profielen vast.
Met een plank en een aantal kaleerblokjes kunnen de latten nu in de correcte positie vastdrogen.

Langs onder is trouwens een uitzetvoeg voorzien onder het latwerk, zodat dit ruimte heeft om uit te zetten of te krimpen, zonder de rechtheid van het geheel te beïnvloeden.
We kozen voor het hardhout padouk. Dit is zeer duurzaam hout dat geen onderhoud vraagt en heel weinig uitzet of krimpt, ideaal dus voor deze buitentoepassing.
De kleur van het hout zal nog vervagen, waardoor het uiteindelijk een grijsachtig eindkleur zal hebben.
Terwijl ze aan de tweede verdieping bezig zijn, werken de schrijnwerkers meteen ook het plafond van het terras af.

Dit is precisiewerk, dus laten we dit door vakmensen uitvoeren.
Op het dampscherm wordt een latwerk voorzien, waarop de houten platen kunnen bevestigd worden.
Er wordt gekozen voor zwarte HPL – of High Pressure Laminate – platen. Die passen in het strakke geheel en zijn opnieuw zeer weerbestendig.
Deze houtvezelplaten zijn afgewerkt met een coating die het product heel duurzaam maakt.
Op de plaatsen waar geen latwerk zit aan het terras, komt nog een glazen balustrade, ter beveiliging.

Een aantal maanden terug kwam de glasfabrikant hiervoor langs, om samen met de architecte de nodige technische details vast te leggen.
Het type bevestiging werd besproken, omdat deze natuurlijk moet overeenstemmen met de onderliggende stalen Z-profielen.
Ook de opmetingen werden gedaan en de rechtheid van de ondergrond werd gecontroleerd, zodat het definitieve ontwerp kon vastgelegd worden.
De bevestigingsprofielen plaatsten de installateurs al voor het latwerk, terwijl ze overal nog goed bij konden.
Het gaat hier om U-profielen, waar het glas van de balustrade zal ingeschoven worden.

Deze werden ter plaatse op de juiste maat afgekort en tegen de vinnen van de Z-profielen gemonteerd.

Daarin werden vooraf al de nodige gaten gefreesd, die dan werden doorgeboord in de balustradeprofielen.
Met bouten en moeren werd ten slotte de bevestiging voorzien.
Ondertussen zijn ook alle glasdelen geproduceerd en kan overgegaan worden tot de het afwerken van de installatie.
Eerst steken ze op de buitenste randen van de al bevestigde U-profielen een rubberen band.

Het profiel en het rubber zijn onderling afgestemd waardoor die op elkaar kunnen geklikt worden.
Deze dienen om glasbreuk te voorkomen want door hun flexibele aard vangen ze stoten of trillingen op.

Daarnaast zorgen ze voor een extra klemming tussen het glas en de profielen.
Met een hoogtewerker kunnen de plaatsers dan de kleine glasdelen boven gaan monteren.
Door ze in de U-profielen te schuiven, en met speciale klemhulpstukken, kunnen ze zo vastgezet worden.
Eens goed gepositioneerd, duwen ze klemblokjes tussen het glas en het profiel en krijg je een solide resultaat.
De grotere glasdelen moeten met de kraan naar boven gebracht worden.

Het gaat om gelaagd veiligheidsglas, waardoor zo’n stuk al gauw 160 kg kan wegen.
Met een vacuüm hijsunit aan de kraan kan het veilig en zonder beschadigingen geïnstalleerd worden.
Zo’n glasblad is zwaar en moeilijk te bewegen, het is dus nodig om de kraanman extra te begeleiden, zodat het glas voorzichtig in de juiste positie kan gebracht worden.
Zit de plaat voldoende diep in de gleuf, dan mag de hijsunit verwijderd worden en kunnen ze het glas opnieuw gaan afregelen.

Het is belangrijk dat deze perfect loodrecht en in lijn met het houten latwerk staat.
Is dit het geval, dan kunnen de klemblokjes ten slotte dieper in het profiel geklopt worden.
Ze sluiten af door ook aan de binnenrand van het profiel een rubberen klemstrook voorzien. Dit zorgt voor een propere en veilige afwerking van het glas.


In deze aflevering bespaarden we 320 euro door de voorbereidingen van het pleisterwerk zelf te doen. Samen met het voorlopige totaal van 57.390 euro komt het gespaarde bedrag nu uit op 57.710 euro.


In de volgende aflevering starten we met de vloeropbouw. De eerste stap is het voorzien van een isolatielaag. Dit doen we met een isolatiechape en EPS-platen.

 

Kleurenschema
Aantal tegels per rij
Beeldverhouding
Weergave
Hoeken afronden
0

Welkom bij Professional Media Group 

Professional Media Group maakt gebruik van cookies om uw gebruikservaring te optimaliseren en te personaliseren. Door gebruik te maken van deze website gaat u akkoord met Het privacy- en cookiebeleid.