Er is al heel wat werk verzet. De muren en het plafond werden glad gezet. We gebruikten daarvoor dit groenige vulmiddel. De gipskarton muur kreeg daarna een laag gekleurde primer. De muur aan het raam werd voorzien van schildersvlies. Zo is de ruimte klaar voor de volgende stap: de schilderwerken. Geen getalm meer. De tafel en het tapijt gaan weg. De randen van de muren worden afgeplakt, voor een rechte lijn. Afhankelijk van hoeveel we moeten afplakken gebruiken we een licht plastiek of een strook papier met zelfklevende rand. Het lichte plastiek kleeft met statische elektriciteit aan de wand, zo worden die goed afgedekt. De lamp op rail is moeilijk te verwijderen, dus die plakken we af en omwikkelen we met wat folie. De andere lamp is eenvoudiger los te koppelen, dus die kan eigenlijk beter weggehaald worden. Wel even de stroom onderbreken als je dit doet, hé. Op het vaste keukenmeubel leggen we een iets dikker kunststof zeil. Een beetje meer gewicht zorgt dat het zeil niet zo makkelijk opwaait tijdens het werken. Op de vloer komt stucloper. Wist je trouwens dat stucloper gebaseerd is op drankkarton? Vroeger gingen schilders op zoek naar rollen fout gedrukt drankkarton om de vloer te beschermen. Deze stucloper is de lichtere variant daarvan. De geplastificeerde zijde leg je bovenaan bij het uitrollen. We nemen eerst de plafondverf erbij, want we gaan eerst het stukje hersteld plafond schilderen. Dit kan je zien als een primerlaag. We gebruiken een één-pot-systeem: de verf kan je ook gebruiken als primer. Qua materiaal: een muurverfrol; Klein formaat volstaat voorlopig. En een puntborstel voor watergedragen verf. Of zoals wij kozen: een borstel die alle verftypes aankan We plakken het raam af, want we gaan deze muur tackelen. De rol van het plafond pakken we in vershoudfolie. Voor later. En de witte plafondverf vervangen we door de grijze muurverf. Opnieuw werken we volgens de beproefde methode: de puntborstel voor de randen, de rol voor het uitrollen en voor de vlakken. Het plafond is niet afgeplakt, het is nog niet overal droog. Dus bij het schilderen van de randen letten we extra op. Je kan je borstel lichtjes draaien, om zo voorzichtig tot aan de rand te komen. Let ook op hoeveel verf je op je borstel neemt. Op zich neem je enkel verf op de punt van je borstel. De borstel neemt voldoende verf op. We gebruiken een goed afwasbare verf. Het is een fabeltje dat enkel hoogglans verf te reinigen is. Wie zoekt vindt zeker ook een verf als deze, een halfmatte muurverf die bestand is tegen vlekken. Al moet je de eerste drie weken extra voorzichtig zijn. Schoonwrijven kan pas als de verf echt helemaal is uitgehard. Tijd om het plafond helemaal te schilderen. Het eerste stukje, dat een extra primerlaag kreeg, is ondertussen droog. We beginnen aan die zijde met het eigenlijke schilderwerk. Haal steeds de losse pluis van een nieuwe rol. Hier komt weinig of geen pluis vrij. Een kenmerk van een kwaliteitsrol. Schilder eerst de randen van het plafond in. De rand met de gekleurde muur, en aan beide zijden de eerste meter van het plafond. Voor de randen gebruik je de puntborstel. De verf die je met de puntborstel hebt aangebracht rol je uit, daarvoor komt je kleine muurverfrol van pas. Dan pas kan je de grote rol nemen, en daar de eerste lopende meter van het plafond mee schilderen. Daarna volgt de volgende meter: eerst de randen, dan de vlakken. Aan de rand met de pas geschilderde muur is het nog opletten. De grijze verf is nog niet droog, dus we konden niet afplakken. Maar kijk onze borstel laat de verf goed vloeien, dan is het doenbaar om een rechte lijn te schilderen, ook zonder tape. Waar letten we zoal op bij het schilderen van een plafond. De klassieke tips zijn: werk nat in nat en schilder in de richting van het licht. Dat zijn tips die je helpen om te vermijden dat er zichtbare aanzetten van de verf zijn. Natuurlijk gaat de kwaliteit van de verf daar ook een rol in spelen. Een traagdrogende verf, met een lange open tijd dus, helpt in feite meer om een egaal resultaat te verkrijgen dan een perfecte schildertechniek. Schilder ook best met een rol op een lange stok. Je maakt langere halen en verdeelt de verf dus beter. Maar zo’n stok zorgt toch vooral voor je eigen comfort. Trapje-op trapje-af, dat spar je maar voor de step aerobics. Nog een tip: laat je helpen. Iemand doet de randen, een ander de vlakken. Zo is het plafond in een mum van tijd geschilderd, en hebben we nog tijd om de muur een tweede laag te geven. We pakken onze rollen met muurverf dus terug uit. En gieten opnieuw wat verf in onze emmer. Gezien? De sluiting van je verfemmer hou je altijd naar boeven tijdens het gieten. Da’s properder werken, en je emmer sluit opnieuw perfect. Dit soort tips leer je door ervaring. Maar kijk ondertussen zijn we alweer bezig aan het schilderen. We hebben nog geen vijf minuten geleden uitgelegd waar we op moeten letten bij het schilderen van de muur. Dus nu gaan we er lekker snel door. Klaar! De tape mag weg, de schakelaars en stekkers terug... Als de muurverf droog is, kunnen ook de plinten geschilderd worden. Daarvoor gaan we uiteraard ook eerst afplakken. Qua schildersmateriaal hebben we hetzelfde nodig als voor de muur: een puntborstel en een rol. Al gebruiken we nu een fijnere puntborstel en een kleinere rol. En om precies te zijn, we gebruiken ook geen muurverfrol maar een lakrol. Want de plinten schilderen we met een matte, watergedragen lak. En we beginnen nog eens opnieuw. Een tweede laag, na een droogtijd van 12 uur. De lakverf zorgt dat de plinten tegen een stootje kunnen. En plinten zijn er vooral om stoten op te vangen, dus dat treft. We zijn ondertussen enkele dagen later. De muurverf is droog, dus we kunnen afplakken. Hoe goed je ook kan schilderen, het is toch altijd beter om een goede afplaktape te gebruiken om een rechte afwerkingslijn te verkrijgen. Ook willen we nu zeker geen vlekken meer op de muur, die heeft namelijk al zijn laatste verflaag gekregen. En ook voor het plafond is dit de laatste laag. Kom we kijken nog eens hoe die wordt aangebracht. Misschien met een vrolijk muziekje erbij… Een ander zien werken, da’s toch altijd leuker dan zelf werken. Zeg nu zelf. Op die manier is het dan ook makkelijk om de lamp terug op te hangen. De schroefgaten in het plafond zijn er nog. En de draden verbinden we met de klepjes op de klemmen. En daarmee zitten de werken in de kamer er bijna op. We kunnen het meeste werkmateriaal opruimen, er is nog één taak. Da’s voor volgende keer.